#12 Zelfoverschatting
Volksziekte nr. 1 onder onze leerlingen is chronische zelfoverschatting. Dat is een serieus probleem, want door zelfoverschatting doe je minder dan zou moeten. Ook bij huiswerk maken – waar de vorige blog (#11) over ging – speelt dit een rol. Leerlingen kunnen van zichzelf denken dat huiswerk niet nodig is, want een dagje voor de toets leren en “het komt wel goed”. Dat laatste is een soort lijfspreuk van veel leerlingen.
In mijn onderzoek onder havo 4 leerlingen had de groep met lage cijfers allemaal last van zelfoverschatting (in tegenstelling tot leerlingen met hogere cijfers). Deze leerlingen omschreven het effect van zelfoverschatting als: “te laat begonnen met leren”, “sla dingen over die makkelijk lijken”, “te snel gestopt met leren”, “veel te weinig gedaan”, “verzaakt met oefenen”.
Bij zelfoverschatting gaat er iets mis in het nadenken óver het leren, dus met de metacognitieve vaardigheden. Simpel gezegd: je weet niet wat je niet weet. Dit wordt het ‘Dunning-Kruger effect’ genoemd (Kruger & David, 1999); incompetente mensen overschatten zichzelf omdat ze hun fouten niet zien. Deze incompetentie of overschatting zie ik ook vaak bij het nakijken van toetsen. Leerlingen gaan soms volledig voorbij aan de vraag of schrijven nietszeggende zinnen op. Als ik ze een paar weken later vraag wat ze bedoelen, dan weten ze dat zelf ook niet meer. Doordat ze niet checken of ze de vraag hebben beantwoord en/of hun antwoord niet controleren (dus zelftoetsing) zien ze hun incompetentie niet.
Er is maar een manier om zelfoverschatting te bestrijden: door jezelf te toetsen.
Er is maar een manier om zelfoverschatting te bestrijden: door jezelf te toetsen. Dat is makkelijke gezegd dan gedaan. Leerlingen moeten leren nadenken over hun leerproces en moet leren reflecteren op wat ze wel of niet weten. Als je jezelf toetst, dan moet je dus in staat zijn om de vragen te begrijpen en je eigen antwoord kritisch kunnen beoordelen. En dan moet je ook nog bedenken wat je volgende keer anders moet doen om het wél goed te hebben. Dat is een vaardigheid die de meeste leerlingen nog moeten ontwikkelen en vaak onderschat wordt. In de les wordt hier heel veel mee geoefend, onder andere door bespreking van huiswerk en formatieve toetsing (toets waar je geen cijfer voor krijgt).
Als leerling/ouder/docent/begeleider kun je de gesloten vraag – ken je het? – beter vermijden. Het zelfbeoordelingsvermogen van leerlingen pakt meestal te positief uit. Vraag in plaats daarvan naar feiten. Bijvoorbeeld: wat heb je gedaan om dit te kennen? Hoe heb je jezelf getest waardoor je denkt dat je het kent? Wat waren je zelftestresultaten? Hoe heb je het voor jezelf nagekeken? Dus de aandacht vestigen op reflectie en toetsing.
Zelfoverschatting kan versterkt worden door ‘de illusie van competentie’. Dit ontstaat wanneer je bijvoorbeeld het boek herleest of uitlegvideo’s bekijkt. Dan herken je de lesstof en dan denk je dat je het wel kent. Wanneer je bijvoorbeeld een formule in het boek ziet en snapt (illusie) dan kan je door zelfoverschatting denken dat je dus niet meer hoeft te oefenen. Op de toets ontdek je vervolgens dat je helemaal niet weet hoe je aan gegevens moet komen en hoe je die moet gebruiken in de formule. Dat zou je wel ontdekt hebben wanneer je van tevoren had geoefend.
Overigens kan er bij het Dunning-Kruger effect ook sprake zijn van zelfonderschatting. Leerlingen die hier last van hebben, blijven te lang hangen bij stof die ze al beheersen. Dit veroorzaakt veel stress en lange studeersessies. Ook voor deze leerlingen is zelftoetsing een goed hulpmiddel. Belangrijk is het om zelfonderschatting bij jezelf te onderkennen. Deze leerlingen zijn vaak harde, serieuze werkers, wat niet snel als een probleem wordt gezien. Helaas zijn er genoeg voorbeelden van leerlingen die – in stilte – vastlopen.
Reageren?
FWegerif@Guido.nl.
Kruger, J., David D. (1999). Unskilled and Unaware of It: How Difficulties in Recognizing One’s Own Incompetence Lead to Inflated Self-Assessments. Journal of Personality and Social Psychology 77 (6): 1121–34 . PMID: 10626367. DOI: 10.1037/0022-3514.77.6.1121.