Planning, een bron van frustratie
Als ik leerlingen in de bovenbouw vraag naar hun planning, dan hoor ik vaak “ik plan niet meer, want ik hou me er toch niet aan”. In deze blog wil ik stilstaan bij de vraag waar dat aan ligt. Is het een gebrek aan discipline? Die indruk heb ik niet. Zijn leerlingen dan niet in staat een goede planning te maken? Dat lijkt me sterk. De meesten zullen hier vanaf de basisschool al ervaring mee hebben opgedaan. Misschien dat er nog wat aan de planning verbeterd kan worden, maar daarover meer in een volgende blog. Eerst wil ik het hebben over de frustratie: weten – of van iedereen horen – dat je een planning moet maken, maar er voor je gevoel niets aan hebben.
Een schrale troost is misschien dat ook volwassenen soms moeite hebben met plannen. Bijvoorbeeld docenten die je lang laten wachten op je cijfer of huiswerk op het laatste moment Magister zetten. En we moeten niet vergeten dat de meeste leerlingen (best) goed plannen. Ook al gaat dat onbewust en doen ze het niet op papier: heel veel taken worden – op tijd – uitgevoerd. Dus in het hoofd zitten best wel tijdschema’s, todo’s en deadlines.
Het is niet moeilijk om te leren plannen: op internet zie je talloze voorbeelden, tips enzovoorts. Maar wat het lastig maakt, is dat de manier van plannen goed bij je moet passen. Als de gekozen manier van plannen eigenlijk niet bij jou past, dan is het moeilijk om je aan de planning te houden. Leg daarom alle goedbedoelde adviezen van anderen aan de kant en vraag je eerst af waar je tegenaan loopt. Met andere woorden, probeer voor jezelf vast te stellen wat je (plannings)probleem is. Begin je te laat met leren voor je toets? Dan is een logische oplossing om eerder tijd in je agenda te blokken om te beginnen. Maar misschien werkt dat niet omdat je niet goed weet hoe je het leren moet aanpakken. Dan moet je dus eerst uitzoeken hoe je effectief kunt leren (lees de andere blogs op Guido.nl of praat erover met je ouders of mentor).
Onderschat niet de rol van urgentie. Als jij niet echt in de problemen komt omdat je het nog allemaal in je hoofd kunt overzien, dan mis je de urgentie om te veranderen. Maar wees wel eerlijk naar jezelf, wat betekent “Niet in de problemen komen” voor jou? Dat je niet blijft zitten of voor het examen zakt? Dat je de meeste opdrachten (net) op tijd af hebt? Maar hoe zit het dan met de stress? Of tegenvallende cijfers? Een planning kan daar ook tegen helpen. Probeer daarom zoveel mogelijk bij de feiten te blijven. En zeggen dat het goedkomt is geen feit. Een voorbeeld van een feit is: deze taak moet op een bepaald moment af zijn.
Als je toch een planning maakt, zorg dan dat je niet veel gedetailleerde en kleine taken plant. Dan kost het bijhouden van de planning je (te) veel tijd en stop je ermee. Begin dus met een simpele planning Een tweede tip is: plan realistisch. Schat de tijd voor een taak liever te ruim in dan te krap en houdt rekening met je goede en slechte momenten. Na een lange schooldag ben, je misschien niet in staat om meteen aan de slag te gaan. Plan je op zulke momenten toch studietaken, dan is de kans groot dat je je niet aan je eigen planning houdt.
Tot slot nog even over die groter afleider; jouw telefoon. Bomvol apps en algoritmes die speciaal ontworpen zijn om jouw aandacht af te leiden. Maak een keuze: ga op je telefoon of voer een geplande taak uit. Beide zijn trouwens prima te plannen: eerst een half uur serieus leren en dan als beloning even op de telefoon (zet een timer aan!). Probeer die twee in ieder geval niet te combineren door de telefoon binnen handbereik te houden tijdens het studeren. Dan weet je zelf ook wel wie jouw gevecht om aandacht wint. Praten over je planningsfrustratie helpt, dus bespreek het met je ouders, je mentor of mail me.
Reageren? FWegerif@Guido.nl.
Groet,
Frits Wegerif