Pleidooi voor de introverten
‘Een enthousiast kind krijgt vaak meer aandacht dan een rustig kind’. Deze zin las ik afgelopen week in Psychologie Magazine* en ik dacht bij mijzelf: “Hoe waar is dit”. In iedere klas zijn ze aanwezig, de rustige stille observeerders. De leerlingen die weinig zeggen, maar veel waarnemen. Niet alleen in de klas komen ze voor, ook binnen onze teams zijn ze aanwezig. Die collega die opeens zo scherp uit de hoek kan komen, of net even die relativerende opmerking maakt.
Als het gaat om introverte en extraverte mensen dan is de verhouding gelijk, toch lijken de laatste decennia de extraverten in de meerderheid te zijn. Enerzijds komt dit omdat zij nadrukkelijker aanwezig zijn. Aan de andere kant wordt het ook meer van ons verwacht. In onze maatschappij wordt extraversie meer gewaardeerd. Denk maar eens terug aan je sollicitatiegesprek, je hebt een halfuur om jezelf te verkopen. Dat lukt niet als je weinig vertelt.
In hoeverre herken je bij jezelf of je introvert of extravert bent? Carl Jung heeft het begrip in 1921 geïntroduceerd als onderdeel van zijn persoonlijkheidstypologie. Hij had het over ‘naar buiten gekeerde’ die hun aandacht naar buiten richten en energie uit hun omgeving halen en ‘naar binnen gekeerde’ die hun energie halen uit alleen zijn en hun aandacht naar binnen richten. Net als andere persoonlijkheidskenmerken is het niet zwart-wit. De meeste mensen zijn ambivert. Daarbij speelt de situatie ook een rol, bijvoorbeeld met welke mensen je bent.
Terug naar die rustige leerling in de klas. Hoe kunnen we daar meer aandacht aan besteden? Loop even bij hem/haar langs en benoem dat hij/zij zo heerlijk rustig aan het werk is. Geef de leerling de tijd en de ruimte om zijn/haar gedachten te formuleren. De werkvorm DDU (denken-delen-uitwisselen) kan de leerling daarbij helpen.
En de rustige collega? Blijf vooral observeren en kom met die scherpe, soms relativerende, maar vaak ertoe doende opmerking!
*Psychologie Magazine nr 1, 2021
Ingrid van der Velden – Zoetemeijer, docent Nederlands