Woorden die raken
Nog geen drie weken geleden luisterde ik naar Amanda Gorman, de 22-jarige poëet die tijdens de inauguratie van Joe Biden een gedicht voordroeg. De Los Angeles Times meldt dat zij ‘in 2017 de eerste Jonge Dichter des Vaderlands werd van de VS, een titel die gegeven wordt aan een jongere die getuigt van liefde voor de kunsten én goed burgerschap.’ (LA Times, 20 januari 2021)
In haar gedicht The Hill We Climb reflecteert ze op het Amerika van nu en spreekt ze de wensen uit voor de toekomst. Een indrukwekkende performance, vind ik, zowel de vorm als de inhoud. Kritisch én liefdevol. Haar laatste woorden raakten mij het meest:
The new dawn blooms as we free it for there is always light if only we’re brave enough to see it if only we’re brave enough to be it.
Deze tekst refereert voor mij zowel aan Johannes 8:12
12 Jezus begon weer les te geven. Hij zei: “IK BEN het licht voor de mensen. Iemand die Mij volgt, hoeft nooit meer in het donker te leven. Hij zal wandelen in het licht dat leven geeft.”
als aan Mattheüs 5: 14-16:
14 Jullie zijn het licht voor de wereld. Een stad die op een berg ligt, kan niet verborgen blijven. 15 En als je een olielamp aansteekt, zet je er daarna geen emmer overheen. Nee, je zet hem hoog neer, zodat iedereen in huis licht heeft. 16 Laat op dezelfde manier jullie licht schijnen voor de mensen. Laat hun de goede dingen zien die jullie doen. Dan zullen ze jullie hemelse Vader ervoor prijzen.
Wát een belofte en wát een opdracht staan er in deze twee teksten. En wat een moed vergt het soms om die opdracht waar te maken. Om je licht te laten schijnen. Hoe doe je dat als je een puber bent en je nog volop bezig bent om te ontdekken wie je zelf bent en waar je voor staat? Dat is toch veel te moeilijk?
Dat zou je denken. Elke dag mag ik getuige zijn van het lichtend licht van onze leerlingen. Ik zie het als een leerling, gesteund door haar vrienden, haar zorgen durft te delen. Ik hoor het als klasgenoten nog even blijven ‘plakken’ in de online-les om met elkaar bij te kletsen. Ik ervaar het als ik een groepje meiden samen in een lokaal zie werken, omdat ze zo meer gemotiveerd blijven. Ik lees het in een essay, ik proef het in een boekverslag. Onze leerlingen schijnen. Op hun manier. Op hun plaats. Nu (nog) zonder podium, en dat hoeft ook niet: zij raken.
Neelke Ebbelink Docent Nederlands, GSG Guido